Welkom bij Visserslatijn Nederland

Nu op Visserslatijn...

Brasem
In dit artikel neem ik het penvissen stap voor stap met je door. Van materiaal tot methodes. Dit artikel is geen sfeerverhaal. Ik wil juist de technische kant van het penvissen wat verder uitleggen of...
Lees meer ...


Leden Login

De eerste keer dat u inlogt, dient u dat twee keer achter elkaar te doen

Account aanmaken

Om in te loggen op deze website, dient u een account aan te maken.

U kunt het gratis account aanmaken op ons forum.

Wachtwoord vergeten

Uw nieuwe wachtwoord wordt per email naar u verzonden.

Letop! Thans buiten gebruik!

Visserslatijn Nederland

Penvissen op stilstaand water (karper)

In dit artikel neem ik het penvissen stap voor stap met je door. Van materiaal tot methodes. Dit artikel is geen sfeerverhaal. Ik wil juist de technische kant van het penvissen wat verder uitleggen of toelichten.

In dit deel: De basis.

Door Pieter Stam

Inmiddels heb ik al wat jaartjes ervaring met penvissen. Maar dat betekent niet dat wat hieronder is beschreven de enige manier is hoe je succesvol kunt penvissen. Iedereen heeft zijn eigen stijl en smaak en iedereen ontwikkelt toch zijn eigen methodes. En misschien zijn die methodes wel veel beter dan die hieronder staan.
Zelf ontwikkel ik mijn eigen visserij ook nog steeds verder, doe ik steeds meer ervaring op en steeds weer ontdek ik nieuwe dingen. In de toekomst zal ik dit artikel ongetwijfeld kunnen aanvullen of herzien. Het doel van dit artikel is dat ik penvissers hoop te kunnen helpen die nog een opstapje nodig hebben of nog wel wat informatie kunnen gebruiken.

Ik heb geprobeerd de onderwerpen in een min of meer logische volgorde neer te zetten. We beginnen dan ook bij het begin. Voordat we gaan penvissen moeten we eerst een visdag plannen. Het eerste onderwerp in dit artikel is dan ook niet voor niets: “Wanneer vissen we?”.

Wanneer vissen we?
De beste vangsten zijn normaalgesproken in de zomermaanden te boeken. In de winter staat mijn penvisserij op een laag pitje. Toch is het ook in de winter goed mogelijk om karper te vangen, vooral op de warmere dagen.
Penvissen op karperIn de winter is het heel belangrijk om te weten waar de karpers zich ophouden, in de zomer zijn de karpers door hun grotere activiteit gemakkelijker te bereiken en te vangen.
Penvissen doe ik van maart tot en met oktober. Persoonlijk vind ik mei en juni de beste maanden om karper te vangen. De vissen zitten dan tegen de paai en zijn door het opgewarmde water flink actief. En het is nog niet zo zinderend heet dat de vissen op apegapen in de oppervlakte liggen.
In de zomermaanden zijn de ochtend- en de avonduren het beste. ’s Ochtends begin ik het liefst nog voor zonsondergang met vissen.
’s Avonds vis ik met behulp van een breekstaafje gerust twee uur door in het donker. Vooral de rust langs het water ’s ochtends vroeg vind ik heerlijk. Mijn ervaring is dat de vangsten ’s ochtends en ’s avonds veel beter zijn dan overdag. Voor mij is de rust langs de waterkant echter een belangrijker reden om ’s ochtends en ’s avonds te vissen dan de vangsten. Want ook midden op de dag kan het prima vangen zijn.
Mijn ervaring is dat dit vooral met ruw en donker weer het geval is. Op warme, heldere, zomerse dagen vind ik de resultaten ’s middags ronduit teleurstellend. Alleen stekjes in de schaduw willen nog wel eens een visje opleveren.

Stekkeuze
Een van de belangrijkste onderwerpen binnen het penvissen is de stekkeuze. Veel methodes zijn ook afhankelijk van de stek waarop je vist. Ik heb slechts ervaring met penvissen op stilstaande wateren. Daarom zal ik niet ingaan op het penvissen op stromend water.

Activiteiten van de karper.
Een karper is mijns inziens buiten de paaitijden om slechts bezig met twee dingen. Azen of rusten. We moeten dus op zoek naar azende karper. Of we moeten proberen een rustende karper over te halen tot azen (zie: “voermethodes”). Op een aantal stekken kunnen we bijna altijd karper vinden.

Begroeiing en obstakels.
Een karper aast of rust vaak in de beschutting van begroeiing. Begroeiing is aantrekkelijk omdat de karper er voedsel kan vinden. Waterplanten worden bevolkt door ontelbare waterdiertjes die door de karper worden gegeten. Overhangende takken zijn aantrekkelijk omdat daar regelmatig insecten en rupsjes vanaf vallen. Bovendien zorgt begroeiing voor beschutting. Ik heb de indruk dat de karpers (net als bijna alle dieren) zich instinctmatig verschuilen. Net als ze in hun jonge jaren deden toen ze nog ‘snoekenvoer’ waren. Een azende of rustende karper vinden we dan ook vaak in de buurt van begroeiing. Vanzelfsprekend zijn dit dus ook stekken die we goed in de gaten moeten houden.

Penvissen op karperKlassieke stekken zijn:
– Rietkragen
– Plompen- en leliebedden
– Wierbedden (hoornblad, waterpest)
– Overhangende oeverbegroeiing zoals bosjes en treurwilgen
– Boomstronken en gezonken takken.
– Duikers
– Houten paaltjes
– Bruggen

Afwijkende diepte en bodemstructuur
Andere stekken die we zéker aandacht moeten geven zijn stekken waarbij de bodem afwijkt van ‘het geheel’. Waarom deze stekken zo veel aantrekkelijker zijn weet ik eigenlijk niet precies. In sommige gevallen heeft het te maken met een groter voedselaanbod. Het zou te maken kunnen hebben met een afwijkende watertemperatuur of hoeveelheid licht op het water.
Hoe dan ook, we mogen deze stekken niet zomaar voorbij lopen. We moeten vooral denken aan de vnolgende stekken:
– Taluds (snelle overgang van ondiep naar diep water)
– Diepere putten
– Ondiepere platen
– Modderige gedeelten in een verder harde bodem
– Harde gedeelten in een verder modderige bodem.

Signalen van actieve karpers
Rustende karpers zijn moeilijk te ontdekken. Soms kunnen we ze zien liggen onder de struiken, soms zonnen ze midden op het water. Als er geaasd wordt kunnen we de signalen van karpers vaak wél goed zien. Bijvoorbeeld:
– Bewegende waterplanten
– Deiningen in het water
– Trage kolken veroorzaakt door een omhoog zwaaiende staart bij het
azen op ondiep water
– Omgewoelde bodem, troebel water
– Aasbellen. Grote plakkaten met grote en kleine bellen door elkaar heen zijn meestal karper. Ook losse hele grote bellen zijn vaak van karper afkomstig. Kleinere snel verplaatsende bellensporen zijn meestal brasems op strooptocht. Mini-belletjes (soms zelfs schuim) die zich nauwelijks verplaatsen of een enkele kleinere losse bel zijn meestal zeelten.
Het toewijzen van aasbellen aan vissoorten is een kwestie van “oefening baart kunst”. Zoals ik eerder schreef zien we deze signalen váák. Zeker een geoefend oog. Want het ontdekken en vinden van een goede stek is iets dat geleerd moet worden. Niet door een artikel maar door veel langs de waterkant te zijn. Soms is er zelfs voor het meest geoefende oog niets te zien. Dat maakt het penvissen dan juist weer zo mooi, spannend en verrassend.

In het volgende hoofdstuk zal ik ingaan op het voeren. De stekken die hierboven zijn beschreven zijn bijna altijd goed voor karper. Soms actief, soms ook niet. Als we zo’n stek gevonden hebben wil dat echter nog niet zeggen dat er daar ook daadwerkelijk gevist gaat worden. Voordat we gaan vissen moet er eerst worden ingeschat of het überhaupt mogelijk is om de karper te vángen. En niet alleen te verspelen. Heel vaak zijn topstekken ook stekken waar niet met goed fatsoen een karper uitgedrild kan worden. Kijk daar dus goed naar. Neem niet onnodig risico op lijnbreuk of vissen die zich compleet vast zwemmen. Met alle negatieve gevolgen van dien! Bezint eer ge begint. Het welzijn van de karper moet voorop staan.

> Volgend hoofdstuk; aas en voer

QR Code Business Card