*Als het lood ingesneden is, knijp het dan met uw duim en wijsvinger op de lijn. Dit voorkomt het beschadigen van de lijn.
*Loodt uw tuigjes thuis uit in bijvoorbeeld een emmer of een peilkoker.
*Wees voorzichtig met lood. Gooi oud lood niet in het water of op de grond. Lood is namelijk zeer slecht voor het milieu. Neem het mee naar huis en deponeer het in de KCA-box.
*Voor het bevestigen van o.a. Italiaanse loodhagels en Frans staaflood zijn er speciale tangen in de handel. Gebruik deze tangen en u zult merken dat uw lijn minder snel beschadigd.
*Als u lood op uw lijn heeft geknepen, verplaats dan de loodjes een stuk omhoog en knip het gedeelte van de lijn -waar u dus de loodjes op heeft gezet- af. Hierdoor voorkomt u lijnbreuk door eventuele beschadigingen.
*Experimenteer wat met de loodzettingen bij de verschillende loodmontages. Als de dobber door wind uit het water komt (als een opsteker), monteer dan eens een klein loodhageltje ongeveer vijf centimeter boven de dobber (dus het gedeelte van de lijn tussen de dobber zelf en de top van de hengel). Hierdoor wordt de lijn de dobber in het water gedrukt.
*Als een karper tijdens de run tussen opstakels zwemt, is het mogelijk dat de lijn breekt. Zorg ervoor dat de vis het lood op de lijn gemakkelijk kwijt kan raken.
* Werplood tegen afgooien beschermen
U kunt uw onderlijnen zelf maken. Gebruik dan zo min mogelijk knopen om lijnbreuk te voorkomen.
Maak een lus/knoop voor montage aan de hoofdlijn en aan de andere kant een wartel/clip.
Het wisselen van het lood
De wartel/clip zit gemonteerd aan het lood en deze ligt dichtbij scherpe obstakels en stenen. De knoop kan dan door schuren snel stuk gaan zonder dat men dit ziet.
Als u vervolgens werpt en uw lood knalt eraf zijn de gevolgen een loodje op uw of andermans hoofd.
Om dit te voorkomen kunt u een stukje buitenmantel van elektriciteitsdraad van ongeveer 2 centimeter gebruiken.
U plaats de lijn van de wartel/clip door de buitenmantel van de elektriciteitsdraad, knoop erop en klaar. Dit bevalt en helpt prima.
(Tip van Bert Henning)
