Vis vangen met kunstaas is leuk, maar vis vangen met kunstaas dat u ook nog eens een keer zelf heeft gemaakt, dat is nog veel leuker.
Veel vissers durven er niet aan te beginnen omdat ze denken dat het moeilijk en tijdrovend is.

Door gastauteur Erwin Sterrenburg

In de praktijk valt dit echter reuze mee. Als u het uzelf niet te moeilijk maakt en niet bang bent voor het feit dat er in het begin er soms wel eens een exemplaar kan mislukken, dan bent u al een heel eind op weg.
Tijdrovend is wel een beetje waar, maar het is een leuke bezigheid die niet snel gaat vervelen. Vooral op dagen dat het weer toch niet echt aanlokkelijk is om eens lekker een dagje te gaan vissen, kunt u er veel plezier aan beleven.

Een bijkomend voordeel is dat u het kunstaas helemaal kunt afstemmen op uw persoonlijke eisen en wensen. U kunt tevens de beste materialen gebruiken. Zelfs dan bent u toch nog vaak goedkoper uit dan bij kant-en-klaar kunstaas.

Achtereenvolgens kijken we naar Spinners, Spinstangetjes, antikinkloodjes, antikinkvaantjes en lepels.

Benodigdheden:
– verenstaal van ongeveer 0,7 mm dikte
– spinnerblaadjes in verschillende maten
– messing kraaltjes
– ruitertjes
– mantel van elektriciteitsdraad
– een kniptang
– een rondbektang
– haken en eventuele “versiersels”
– splitringen

Spinners
Neem een stukje verenstaal van anderhalf keer de lengte van uw gehele spinner en buig hier met een rondbektang een mooi oogje in.
Wikkel vervolgens het uitstekende stukje draad twee of drie keer rond de toekomstige spinner.
Schuif dan het spinnerblad in het ruitertje erop, vervolgens een klein messing kraaltje en dan een stukje mantel van elektriciteitsdraad.
Buig ook aan de andere kant een mooi oogje. U kunt hier met een splitring direct een kale dreg in hangen, maar het is veel leuker om nog wat versiering aan te brengen, dit staat mooi en vangt ook nog eens een keer beter.

Een zelfgemaakte spinner valt uitstekend te “versieren”. Het meest eenvoudige is om in plaats van een dreg een sterke, enkele, haak te nemen en deze te voorzien van een kleine shad of een twister. Een wat grotere spinner kan ook worden voorzien van een grotere shad of twister Het is echter wel aan te raden deze door middel van een takeltje te bevestigen. Van wat koperdraad of soepel staaldraad kunt u vrij gemakkelijk een takeltje fabriceren.
Maak aan de spinnerkant van dit takeltje een lus welke gemakkelijk aan de splitring vastgemaakt kan worden. Gaat de shad met de spinner meedraaien, breng dan onderin het lijfje een schuifloodje van een paar gram aan.

Ook een bosje bucktail, een kleine streamer of wat fel gekleurde veren kunnen uitstekend achter een zelfbouwspinner bevestigd worden. Laat uw fantasie de vrije loop en experimenteer er maar op los, het kan u zo gebeuren dat u een vanger van de bovenste plank heeft bedacht.

Spinstangetjes, antikinkloodjes en antikinkvaantjes
Spinstangetjes, antikinkloodjes en antikinkvaantjes zijn na een spinner niet zo moeilijk meer.

Voor een spinstangetje neemt u een stukje verenstaal van een centimeter of twintig.
Buig aan één kant een oogje waarin u een warteltje hangt. Aan de andere kant hetzelfde recept, maar dan met een kleine topkwaliteit speldwartel (crosslock).

Een antikinkloodje maakt u op dezelfde manier, maar in plaats van twintig neemt u nu een kleine tien centimeter verenstaal.
Nadat u beide kanten heeft voorzien van wartel en speldwartel, knijpt u er een stukje blad van een paar gram overheen. Schuur de scherpe kantjes eraf, en klaar is uw antikinkloodje.
Voor grotere spinners kan een zwaarder loodje noodzakelijk zijn, neemt u dan gewoon een wat groter stukje lood.
Voor een antikinkvaantje moet u eerst uit ongeveer 2 millimeter dik plexiglas een vaantje maken.
Neem een stukje plexiglas van 1,5 bij 2,5 centimeter en schuur twee van de hoeken aan de lange kant mooi rond.
Maak dan in de nog rechte hoeken een gaatje van ongeveer 1 millimeter doorsnee.
Neem ongeveer tien centimeter verenstaal en buig een centimeter na het eerste oogje de lijn haaks opzij buigen.
Na twee millimeter de lijn terugbuigen, parallel aan het eerste stukje.
Na 2,5 centimeter het draad weer twee millimeter terugbuigen, na die twee millimeter weer haaks buigen.
Het laatste stukje moet nu precies in het verlengde liggen van het eerste gedeelte.
Schuif nu het vaantje van plexiglas erop en maak het tweede oog af.

Lepels
Snoeklepels zijn goed te maken uit een plaat messing. Het beste is om eerst een bestaand model na te maken en net zolang te buigen en hameren totdat uw nieuwe creatie met een goede actie door het water zwemt.
Na verloop van tijd leert u welke actie de lepel bij een bepaalde welving krijgt en voorziet u de lepel automatisch van de juiste welving.
Dan nog een dreg en een klein warteltje tegen kinken monteren en klaar is uw nieuwe snoeklepel.

De makkelijkste en vooral goedkoopste manier om geschikte lepels voor de kustvisserij op bijvoorbeeld zeeforel te maken, is van oude lepels en vorken. Voor een paar gulden heeft u op een rommelmarkt heel wat oud bestek en het vangt fantastisch.
Gewoon door het handvat af te zagen en de scherpe hoekjes glad te schuren.
Vervolgens boort u aan elke kant met een dun metaalboortje een gaatje.
Dan bevestigt u deze aan het breedste uiteinde door middel van twee splitringen een dreg of sterke enkele haak te bevestigen en aan de smalste kant een klein warteltje.

Meer kans op vis met eigen kunstaas
Bijkomend voordeel is dat verspelen vanwege de lage kostprijs niet zoveel uitmaakt. Hierdoor kunt en durft u ook op plaatsen met een groter risico op vastlopen (vaak de beste stekken) te vissen. En dit zal op kans op meer vis vergroten.

Ook pluggen, takels en dobbers zijn uitstekend zelf te maken, maar daarover later meer…